Een volledige beschrijving van de voorwaarden waaraan de melding ernst en spoed en het saneringsplan moet voldoen vindt u in de Wet bodembescherming (artikel 28, 29 en 39).
Hieronder staan de belangrijkste voorwaarden:
- Er is sprake van een geval van ernstige verontreiniging, een situatie waarbij voor één of meer stoffen de interventiewaarde wordt overschreden in ten minste 25m3 grond en/of 100m3 grondwater. Het volumecriterium geldt niet voor asbest.
- U bent van plan de bodem te saneren of handelingen te verrichten waardoor een geval van ernstige verontreiniging van de bodem wordt verminderd of verplaatst.
- De handelingen die u van plan bent uit te gaan voeren zijn niet van dien aard, dat de grond slechts tijdelijk wordt verplaatst en na verplaatsing weer wordt teruggebracht.
- U voldoet aan de criteria uit het beleidskader Bodem.
- U meldt de start van de sanering vijf werkdagen van tevoren aan de Provincie.
- Ook wijzigingen onder meer ten opzichte van het saneringsplan, moet u aan de Provincie melden.
- De afronding van de sanering dient u zo spoedig mogelijk aan de Provincie te melden.
- Na afronding van de sanering bent u verplicht zo spoedig mogelijk een evaluatie bij de Provincie in te dienen.
